• Nenhum resultado encontrado

RUP ‘G EMENGD B EDRIJVENTERREIN M ASSENHOVEN ’

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2023

Share "RUP ‘G EMENGD B EDRIJVENTERREIN M ASSENHOVEN ’ "

Copied!
32
0
0

Texto

ALGEMENE BEPALINGEN

De in de vorm van open waterzones in te richten ruimte moet binnen elk van de in deze GROEP voorgestelde zones mogelijk zijn, tenzij bij bijzondere bepalingen anders is bepaald. Het doel is om de ruimte zo zuinig mogelijk te gebruiken in relatie tot het gebruik van de oppervlakten van de verschillende zones. Bouwhoogte: De hoogte van het gebouw, gemeten vanaf de begane grond tot de bovenkant van de dakrand of kroonlijst (bij een schuin dak).

B/T - Bebouwingscoëfficiënt: De bebouwingscoëfficiënt is de verhouding tussen de totale bebouwde oppervlakte van de stad en de totale oppervlakte van het betreffende zonegebied. De hoogte van de bouwlaag wordt gemeten vanaf de bovenkant van de vloer tot de bovenkant van de vloer van de bovenste laag. De projectstudie laat ook zien hoe het voorgestelde project zich verhoudt tot wat er al in het gebied is gerealiseerd en/of tot de mogelijke ontwikkeling van de rest van het gebied.

De lokalisatienotitie en de visualisatiestudie zijn informatieve documenten voor de vergunningverlener om de vergunningaanvraag te beoordelen vanuit het oogpunt van een goede ruimtelijke ordening en de impact van de bouwhoogte op de omgeving. Terreingebied of zone: het gehele gebied van de zone waarop de relevante regelgeving van toepassing is.

ZONE VOOR WONEN

Voor het totale gebied geldt een minimale woondichtheid van 15 wo/ha en een maximale woondichtheid van 25 wo/ha. De niet verharde delen dienen ingericht te worden in functie van infiltratie en buffering van hemelwater en worden als groene zone aangelegd. Om verontreiniging van de ondergrond te minimaliseren dient in de zones waar dit om milieuredenen nodig is (bijvoorbeeld parkings, laad- en loszones voor vrachtwagen of stallingen/stockage in open lucht) de verharding aangelegd in ondoordringbare materialen.

Aanvragen van een stedenbouwkundige vergunning voor nieuwbouw- en verkavelingsvergunningen moeten vergezeld gaan van een samenhangende ontwerpstudie met daarin een voorstel voor een nadere ruimtelijke ordening. De ontwerpende studie is een informatief document voor de vergunningverlener met als doel de vergunningaanvraag te beoordelen in het licht van een goede ruimtelijke ordening en ruimtelijke ordening Bij elke nieuwe vergunningsaanvraag kan het dossier zowel een bestaande ontwerpende studie als een aangepaste of nieuwe ontwerpende studie bevatten.

Wonen op het water: de aanwezigheid van het Albertkanaal is volledig te verwachten. De toegang tot de ondergrondse parkeergarage moet zoveel mogelijk aan het zicht worden onttrokken, vooral vanaf het water. De ontwerpende studie moet ook aantonen dat het huidige ontwerp geen binding legt met de verdere toekomstige ontwikkeling van de.

Tot een vergunning verleend is voor de realisatie van de bestemming zijn per perceel de handelingen,.

ZONE VOOR WONEN EN WERKEN

Voor 1/3 van het volledig bebouwbare oppervlak kunnen accenten worden aangebracht met een maximale hoogte van 13,00 m (4 verdiepingen). Als de bestaande woning binnen de doelzone blijft, moet het verdichtingsproject op architectonisch verantwoorde wijze een transitie maken. De afstand tot de fundering is in principe gelijk aan de hoogte van het gebouw met een minimale afstand van 3,00 m.

Bij een totaalproject dat deels binnen de zone wonen en werken en deels binnen de zone gemengd bedrijfsterrein ligt, kan het gesloten gebouw worden opgetrokken. Om vervuiling van de ondergrond tot een minimum te beperken, moet de verharding in de zones waar dit om milieuredenen noodzakelijk is (bijvoorbeeld parkings, opritten en loszones voor vrachtwagens of buitenparkeerplaatsen/opslagplaatsen) worden uitgevoerd in vloeistofdicht materiaal. . Indien de woonbestemming geheel of gedeeltelijk in deze zone wordt gerealiseerd, dient voldoende aandacht te worden besteed aan de woonkwaliteit van elke wooneenheid.

Zo dient er voldoende buitenruimte voorzien te worden (min. 12 m² per wooneenheid) en dient er rekening gehouden te worden met zonlicht en uitzicht op de omgeving. De ontwerpende studie is een informatiedocument voor de vergunningverlenende instantie. Dit is een specifiek verdichtingsproject waarbij een kwalitatieve uitstraling wordt nagestreefd, aangezien dit gebouw het gezicht is van het aan de achterzijde gelegen bedrijventerrein.

De inrichtingsstudie geeft een duidelijk zicht op de ontwikkeling – al dan niet gefaseerd – van de ganse bestemmingszone. Het ontwerp mag geenszins een hypotheek leggen op de verdere ontwikkeling van deze en de aangrenzende bestemmingszones. Deze zone wordt samen met de zones voor “gemengd regionaal bedrijventerrein met watergebonden karakter” (art. 3), “gemengd lokaal bedrijventerrein” (art. 4) en “landschappelijk buffergroen” (art. 5) integraal ontwikkeld.

De ontwikkeling van het bedrijventerrein gaat uit van een integrale ontwikkeling, waarbij zoveel mogelijk gedeelde infrastructuur wordt gezocht in het kader van economisch ruimtegebruik en goed beheer van het terrein.

ZONE VOOR GEMENGD REGIONAAL BEDRIJVENTERREIN / WATERGEBONDEN KARAKTER14

Instellingen zoals bedoeld in het samenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest inzake de controle op zware ongevallen met gevaarlijke stoffen. Alle werken en handelingen die nodig of nuttig zijn voor het realiseren van de bestemming zijn toegestaan. Deze bepaling is van toepassing op alle ondernemingen die onder de Seveso-wetgeving vallen, beide.

Indien de gebouwen of voorzieningen die kenmerkend zijn voor de activiteit hoger zijn dan 12,00 m, moet een lokalisatie- en visualisatienota worden toegevoegd aan de aanvraag voor het verkrijgen van de stedenbouwkundige vergunning. Deze maximale hoogte geldt niet voor silo's, schoorstenen, antennes en andere technische voorzieningen die nodig zijn voor werkzaamheden in gebouwen of die zijn ingericht voor duurzaam ondernemen. Als de bedrijfsactiviteit een hogere bouwhoogte vereist, moet het lokalisatie- en visualisatiedossier bij de aanvraag voor het verkrijgen van een stedenbouwkundige vergunning worden gevoegd.

De niet-gecoate delen moeten in functie van kwel en buffering van hemelwater worden aangebracht en bij voorkeur als groenzone worden aangelegd. Goederen die nodig zijn voor het productieproces in de open lucht stapelen of verzamelen, voor zover deze goederen om veiligheids- of welzijnsredenen niet geïsoleerd mogen worden. De ontwerpende studie is een informatief document voor de vergunningverlener met het oog op de beoordeling van de vergunningaanvraag in het licht van een goede ruimtelijke ordening en de.

Deze zone wordt samen met de zones "wonen en werken" (art. 2) een "gemengd lokaal bedrijventerrein". kunst. 4) en "landschapsbeschermend groen" (art. 5) zijn integraal uitgewerkt. Instellingen waarop het samenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest van toepassing is. De ontwikkeling van dit gebied is verantwoordelijk voor de verplaatsing van bedrijven buiten het gebied binnen het grondgebied van de gemeente Zandhoven.

Indien de gebouwen of constructies, eigen aan de bedrijfsactiviteit, hoger zijn dan 10,00 m, dient een lokalisatie- en visualisatienota toegevoegd te worden aan het aanvraagdossier stedenbouwkundige vergunning. Om het bedrijventerrein goed te integreren in het bestaande landschap, bebouwd en onbebouwd, is een deel van het bedrijventerrein aangewezen en ingericht als een gemengde wijk. Het stapelen of stapelen in de open lucht van goederen die nodig zijn voor het productieproces, zolang deze goederen niet gescheiden hoeven te worden om redenen van veiligheid of welzijn.

De ontwerpende studie is een informatief document voor de vergunningverlener met als doel de vergunningaanvraag te beoordelen in het licht van een goede ruimtelijke ordening en ruimtelijke ordening Dit gebied wordt integraal ontwikkeld samen met de gebieden "wonen en werken" (artikel 2), "gemengd regionaal watergerelateerd bedrijventerrein" (artikel 3) en "bufferlandschappelijk groen" (artikel 5).

ZONE VOOR LANDSCHAPPELIJK BUFFERGROEN

De verplaatsing van de eutrofe poel omvat het huidige oppervlak van de poel, inclusief de oevervegetatie. De buffer wordt uiterlijk in het plantseizoen na aanleg van het terrein gerealiseerd. Het wordt gezamenlijk beheerd, zodat rondom het bedrijventerrein een uniforme en hoogwaardige groenstructuur ontstaat, passend bij de omgeving.

Deze zone wordt geïntegreerd ontwikkeld met de zones "wonen en werken" (art. 2), "gemengd regionaal watergebonden bedrijventerrein" (art. 3) en "gemengd lokaal bedrijventerrein" (art. 4). De buffer rond het bedrijventerrein komt ten goede aan alle bedrijven, niet alleen aan de aangrenzende bedrijven. Om de realisatie van de buffer te waarborgen, wordt deze gelijktijdig gebouwd met de realisatie van de infrastructuur voor de ontwikkeling van het gebied.

ZONE VOOR WATERWEGEN

ZONE VOOR WEGEN / PLEIN AAN HET WATER

OVERDRUK – ONTSLUITING GEMOTORISEERD VERKEER

OVERDRUK – INDICATIEVE VOET- EN FIETSWEGEN

OVERDRUK – RESERVATIEZONE VOOR WATERWEGEN

OVERDRUK – LANDELIJKE HOEVE

OVERDRUK – TIJDELIJKE ONTSLUITING BOUWMATERIALEN BEDRIJF

Referências

Documentos relacionados

In seguito al rinvenimento del nuovo frammento, e alla verifica o alla revisione delle integra- zioni proposte nella prima edizione, si può proporre la seguente lettura delle prime 12